In 1994 nam het parochiebestuur de beslissing om een nieuw mechanisch sleeplade orgel op het oxaal te plaatsen. Het was hiertoe mede in staat omdat een aantal vrijwilligers, waaronder medewerkers en oud-medewerkers van de firma Verschueren, belangeloos hun mede werking hadden toegezegd, zodat de totale kosten zouden kunnen worden gedrukt.
Voorwaarde was echter dat de kwaliteit van de in eigen beheer vervaardigde onderdelen, zowel qua materiaal als qua uitvoering, vergelijkbaar zou zijn met die van de instrumenten die de laatste jaren het orgelatelier in Heythuysen verlaten hadden.
In eigen beheer werden de volgende delen vervaardigd:
* ontwerp orgelkas
* kappen van de hoofdkas
* de pedaalkas en de pedaalwindlade inclusief het oppassen van het pijpwerk, als mede
* Bourdon 16′ en Fluit 8′ van het pedaal.
* de beide spaanbalgen, de balgstoelen de bijbehorende kanalen.
* kalligrafie registerplaatjes
* bouwkundige werkzaamheden
* vervaardiging Nachtegaal en Tremulant.
Wie deze onderdelen ziet zal kunnen getuigen, dat zij inderdaad in niets onderdoen voor de overige, in het atelier van de orgelbouwer vervaardigde delen.
Verschueren orgelbouw liet zich van zijn kant evenmin onbetuigd. Aanvankelijk telde de dispositie zestien registers, echter na de opdrachtverlening schonk de orgelbouwer drie registers t.w. de Fagot 16′, de Quint 6′ en de Fluit travers 8′ disc, zodat het totale register aantal op 19 uitkwam.